De 5 ontwikkelfasen
Wetenschappers (10–14 jaar):
ruimte om te ontdekken, te denken en te groeien
De fase van de wetenschapper (10–14 jaar) valt samen met de puberteit, een tijd van verandering, groei en ontdekking. Kinderen leren verbanden zien, oorzaak en gevolg begrijpen en durven verder te denken dan wat er al is. Ze onderzoeken, filosoferen en vormen hun eigen wereldbeeld.
In deze periode willen ze begrijpen wie ze zijn, waar ze bij horen en hoe de wereld werkt. In deze ontwikkelfase loopt PO natuurlijker over naar het VO in vergelijking met regulier onderwijs.
Dagindeling
De dag start om 8.30 uur in de stamgroep, waar leerlingen hun coach begroeten en verdergaan met waar ze gebleven waren ‘binnen is beginnen’. De coach bespreekt de planning, begeleidt de dag en stimuleert leerlingen om verantwoordelijkheid te nemen voor hun eigen leerproces.
Gedurende de dag volgen leerlingen lesuren van 30 of 60 minuten, waarin ze werken aan vaste en zelfgekozen leerdoelen. De balans tussen vrijheid en structuur is groot: leerlingen bepalen hun tempo binnen de kaders van het Campusboekje, waarin leerdoelen, voortgang en reflectie worden vastgelegd.
Periodes en planning
Het schooljaar bestaat uit vier werkperioden.
Voor elk vak zijn de leerdoelen vastgelegd in het Campusboekje en in de digitale leeromgeving.
Leerlingen mogen vooruitwerken op hun eigen tempo, maar achterlopen is geen optie.
Wanneer dat dreigt te gebeuren, maakt de leerling samen met de coach een plan om weer op koers te komen. Zo blijft elke leerling eigenaar van zijn leerroute, met duidelijke richting en begeleiding.
Montessori-weken
Twee keer per jaar werken alle leerlingen projectmatig tijdens de Montessori-weken.
De grenzen tussen vakken verdwijnen en de wereld binnen en buiten de school komen samen.
Excursies, gastsprekers en groepsprojecten zorgen voor betekenisvol leren van kunst tot programmeren. Voor oudere leerlingen zijn dit momenten om stage te lopen of mee te doen aan werkweken en buitenlandse reizen.
Reflectie en beoordeling
Reflectie is een vast onderdeel van het leren. Na elke proef of periode kijkt de leerling samen met de expert en coach terug: wat ging goed, wat kan beter, en welke doelen staan op de planning?
Deze gesprekken vormen de basis voor persoonlijke groei en worden opgenomen in het portfolio.
Beoordeling draait om feedback, inzicht en groei, niet alleen cijfers, maar ook reflectie op houding, samenwerking en inzet.
Toetsing
Toetsen heten bij ons proeven: momenten waarop leerlingen laten zien dat ze de leerstof beheersen.
Een proef kan schriftelijk, mondeling of praktisch zijn.
Zo werken we bij de